Jacob Lubbertsz Baas
Jacob Lubbertsz Baas,
geb. in 1666 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1715-39,
Gereformeerde Gemeente,
ovl. op 05-04-1742 te Huijsen; Koptienden Laatste: 1738-39,
begr. op 05-04-1742 te Huijsen; DTB-13: Jacob Baas de Oude: Pro Deo,
, -
JACOB LUBBERTSEN BAAS
Huizen Koptienden (1713-44 1738-39):
1713-44: v. Elbert Jacobsz Smit 4 cop
1714-44:v. Weeskndrs v.JacobJansz Backer 1 Spt 3 cop 1/4
- v. Cornelis Dircksz (Baes) 1 Spt 3/4
- v. Cornelis Dircksz (Baes) 4 cop
- Situatie: 3 Spt 4 cop
1715-39: v. Mels Jansz Boor 7 cop
t/m 1721-39: Situatie: 4 Spt 3 cop
1720-39: ER STAAT: 4 Spt 3/4
1725-39: op Claes Elberts de Jonge 6 cop
- Situatie: 3 Spt 2 cop 3/4
1726-39: op Meeuwis Gijsbertsz Backer 1 Spt 1 cop
- Situatie: 2 Spt 1 cop 3/4
1734-39: op IJsaack Willemsz Spilt 1 cop 5/8
- op Tijmen Tijmensz (Vraghter) 3 cop 1/4
- Situatie: 1 Spt 4 cop 7/8
1735-39: op Jacob Aartsz Vos 's Gravelant 5 cop 1/2
- Situatie: 7 cop 3/8
1738-39: op Aaltje Reijers 7 cop 3/8
-
Lidmatenregister-5A: Belijdenis 03-01-1694
-
Huizen-DTB-18-Lidmaten-1698: Aan Huijse Eijnde; Jacob Lubbertsen Baas
-
ORA-3175; 05-06-1699: Jacob Lubbertsz Baes getrouwt met Belitje Jacobs @ Jacob Hendricksz Smit in huwelijk hebbende Jaepje Jacobs, kinderen van Jacob Jansz Backer zaliger in de questie eijssers CONTRA Gerrit Jansz Backer gewesen bloedvoogd van
de voorn. Belitje en Jaepje Jacobs en in die qualiteit gedaagd
-
ORA-3195A509; 26-02-1700: Jacob Hendricksz Smit als getrouwt hebbende Jaapje Jacobs en Jacob Lubbertsz Baas als getrouwt hebbende Beletje Jacobs, kinderen en erffgenamen van Jacob Jansz Backer, te kennen gevende dat Gerrit Jansz Backer en
Willem Jansz Boor soo voor haar selve als oock de rato caveerende voor de verdere mede erffgenamen van Jan Gerritsz Backer en Geertje Jans op den 09-060-1695 hadden vercoght aan Hendrick Gerritsz seecker huijs en erve gelegen alhier naast
Harmen Lambertsz Kos ten suijden en Vreeck Jacobsz Vos ten noorden voor de somme van f 300, (niet beter wetende off het was het hare) enz.
-
ORA-3215A033; 22-09-1700: Contract tussen erfgenamen van Jan Gerritsz Backer en de erven van Jacob Jansz Backer
Op 22-01-1700 compareerden voor de schepenen en die van de gereghte:
- Gerrit Jansz Backer zoon van Jan Gerritsz Backer
- Adriaen Huijbertsz Kleijn getrouwt hebbend Marritje Goossens Net,
- gerrit goossens
- Harmen Claesz getrouwt met Grietje Goossens, (d.d. 03-03-1698)
- Hendrick Goossens,
- Floris Goossens,
- Cornelis kleijn getrouwt met Jannetgen Goossens,
- Evert Goossens,
- Jan Adriaensz getrouwt met Belitje Goossens,
te samen kinderen van goossen evertsz Net verwekt bij Stijntje Jans (Backer),
alsmede
- Willem Jansz Boor,
- Gijsbert Tijmensz getrouwt met Jannetje Jans (Boor)
- Melchior Jansz Boor,
- Marritje Tijmens Doorn wed. van Hendrick Jans Boor,
- Theunis (Tijmonsz) van Duijnen getrouwt met Geertje Jans Boor,
- Pieter Jansz Boor
- haar te samen sterk makende voor Floris Jansz Boor,
te samen kinderen van Jan Pietersz Boor verwekt bij Neeltje Melchiors (Backer), (1675: Jan Pieter Spijckerboor ??)
alle te samen erfgenamen van Jan Gerritsz Backer en Geertje Jans van Duijnen ter eene zijde
- Jacob Hendricksz Smit getrouwt Jaapje Jacobs (Backer),
- Jacob Lubbertsz Baas getrouwt met Belitje Jacobs (Backer),
kinderen en erfgenamen van Jacob Jansz Backer,
mede erfgenamen van voorn. Jan Gerritsz Backer en Geertje Jans van Duijnen ter andere zijde,
komen tot een beminnelijke schikking dat laatste 2 comparanten, die getrouwt zijn aan de kinderen van Jacob Jansz Backer, tot voldoening van de erfenis van haar voorn. grootvader Jan Gerritsz Backer
-
Huizen-DTB-19-Lidmaten-1708; 't Huijser Ent; Nr. 28, Jacob Lubbertsen Baasien en Nr. 29. huisvrouw Bijtien Jacobs
-
Huizen-DTB-5A-Lidmatenregister; 08-04-1708: de huisvrouw van Jacob Lubbertsen Baas: Bieltje Jacobs doet Belijdenis
-
ORA-3216A023; 24-03-1714: Huwelijckscontract. tusschen Jacob Lubbertsz Baes weduwenaer van Bieltje Jacobs Wit toecomende bruijdegom ter eenre, en Maghteltje Jacobs jongedoghter toecomende bruijd beijde woonaghtigh tot Huijsen ter andere sijde.
Bruijdegom brengt in: 1 huijs, stukken land. De bruijd brengt in: klederen tot haren lijve behorende (P.S. moet zijn Bieltje Jacobs en Maghteltje Jacobs Wit)
-
ORA-3216A038;21-03-1715: Jacob Lubbertsz Baes weduwenaer van Belitje Jacobs, wenst een 2e huwelijk, doet bewijs aen sijn drie (3) sonen: f 125/kind en opvoeding
-
ONA-3730-A015; 12-06-1717: Jacob Lubbertsz Baas wonende tot Huijsen wordt ter verantwoording geroepen, als zijnde dat hij tegen de Placcaten van den Lande bier te brouwen en het selve vervolgens op brouwers vaatwerk te doen. Wordt veroordeeld
tot f 350 voor het bierbrouwen f 50 voor de gemaakte kosten
-
ORA-3177;17-09-1717: Tot voogden over de kinderen van Jacob Lubbertsz Baes verweckt bij sijn eerste vrouw Belitje Jacobs werden gestelt Meeuwus Gijsbertsz Backer en Hendrick Goossensz Net
-
ORA-3219; 16-04-1734: ex schaarmeester: Rut Jansz Timmer (63) regerend schepen deses dorps, Jacob Wijgertsz Bakker (50) mede schepen, wijders Jan Willemsz Jonker (75), Lambert Willemsz Keijer (71) oud schepen en gewesene schaarmeester alhier,
Claas Jacobsz Schram (70) oud schepen alhier, Jan Jansz Swart (69), Jan Lambertsz Prins (67), Jacob Lubbertsz Baas (68), Claas Pietersz Goijer (67), Wessel Dirksz (64 Jaren), Jan Claas Dirksz (60 Jaeren), Lambert Willemsz Spilt (55) Jacob
Harmensz (58) gewesen schaermeester deses dorps, Rut Perk (55) oud schepen & laastelijk Dirk Hertog (50) gewesene schaarmeester deses dorps, alles erffGoijers, geboren en altoos gewoont hebbende en nog wonende binnen dese Dorpe Huijse exemt de
voorn: Lambert Willemsz Spilt die geboren is tot Lage Bussum alhier in Goijland, dog sijnde ook een erffgoijer en sedert veele Jaren mede gewoont hebbende en nog woonagtig alhier tot Huijsen
-
Gestorven kinderen:
10-12-1707: kint v. Jacob Lubbertsz Baes; Pro Deo
-
31-07-1718: kint v. Jacob Lubbertsz; Pro Deo
- kind van Jacob Lubbertsz Baes
-
13-03-1721: kint v. Jacob Lubbertsz Baes; Pro Deo
-
19-01-1722: kint v. Jacob Lubbertsz Baas; Pro Deo
26-01-1722: kind v. Jacob Lubbertsz Baas; ZELFDE KIND
-
06-11-1736: kind v. Jacob Lubbertsz Baas
12-11-1736: kind v. Jacob Baas de Oude
-
08-09-1738: kind v. Jacob Lubb: Baas; Pro Deo
-
Huizen-DTB-13-Impost op Begraven; 05-04-1742: Jacob Baas de Oude; Pro Deo.- Vader:
Lubbert Pietersz Gooijer ( Baas Vrachtman), zn. van Pieter Adriaensz Gooijer,
geb. in 1609 te Huijsen; Koptienden: Eerste: 1634-66,
Vrachtman,
ovl. in 1672 te Huijsen; Koptienden: Laatste: 1683-28,
, -
LUBBERT PIETERSZ GOIJER / GOOER
Huizen Koptienden: (1634-66 1683-28):
1634-66: v. Dirck Elbertsz (Sommesel) 5 cop
1639-65: v. Lambert Lambertsz Toetsz 6 cop
- Situatie: 1 Spt 3 cop
1643-53: op Elbert Willemsz (Slop) 5 cop
- Situatie: 6 cop
1655-53: v. Harmen Harmensz 1 cop
- Situatie: 7 cop
1658-53: v. Jan Jan Rijcksz 6 cop
- v. Jacob Petersz Gooijer 3/4
- Situatie: 1 Spt 5 cop 3/4
1662-39: v. Dirck Jan Kossen 3 cop
- op Elbert Dircksz (C0s) 1 Spt
- Situatie: 1 Spt 3/4
1667-39: op Jan Jansz 4 cop
- (zoon v. Jan Gerritsz Backer)
t/m 1683-28: Situatie: 4 cop 3/4
- Afgezet op onbekende 4 cop 3/4
-
184-3187A046; 08-05-1657: Goossen Reijersz als vader en voocht van sijne kinderen & Isaacq Willemsz noe uxoris te samen Erfgenamen van Geertgen Jansdr sich sterck maeckende voor Lubbert Pieters als getrout hebbende Lijsbet Goossens mede
Erfgenaem van de voorn. Geertge Jans, ende verclaerden vercocht te hebben aen Ghijsbert Jacobsz de / van seecker huijs waer van de wederhelft de voorn. Ghijsbert Jacobsz selfs is toebehorende
-
ORA-184-3187A140: 23-06-1658; Lubbert Pietersz onse Buijrman als erfgenaem voor 1/4 part van Jacob Pietersz @ in die qualiteijt voor hem selve voorts vervangende en sich sterck maeckende voor Claes Pietersz @ Neeltje Pieters sijn broeder @
suster elck mede voor 1/4 part erfgenaem van deselve Jacob Pietersz mitsgaders Jan Evertsz als voocht van Maritgen Pieters, erfgenaem voor 't resterende 1/4 part van de voorn. Claes Jacob Pietersz @ verclaerde te vercopen aen Lambert Jansz
Speelman seecker huijs gelegen in den dorpe alhier, naest Lambert Lambertsz Cos ten Noorden @ Teunis Jaep Hoofden ten suijden. Voor f 517
-
ORA-3187A313; 28-01-1661: Lubbert Pietersz Vrachtman alhier voor ons comparerende verclaerde vercoght te hebben aen Gleijn Lambertsz onse buijrman een ackertje landt met den hoop sonder maet gelegen boven 't Bierweeghien belendet Feeck Andriesz
aen d'ene & de weduwe van Jacob Willemsz ten suijden ad f 80 (P.M.: waarschijnlijk verkocht als erfgenaam en in naam van wijlen Jacob Pietersz Goijer)
-
ORA-3187A314; 28-01-1661: 314: 28-01-1661; Isaack Willemsz, Lubbert Pietersz, Timen Jacobsz en Hendrick Jacobsz alle q:q: Erfgenamen van Jan Jansz bets/betaald ? den XXe penning van seecker schepenkennisse ten behoeve van voorn: Jan Jansz
gepasseert bij Lambert Lambertsz op den 17-05-1652 & op welcke noch resterende was de somme van 185 gl.
-
ORA-184-3171; 21-07-1665b; Timen Rutte @ Jacob Cornelisz schepenen tot huijsen ter register doen aenteijckenen dat sij op dat voorsz nevens @ ter versoecke van Willem Pietersz paghter van het passage-gelt over Naerden en Goijlandt dat hij sich
vervoeght hadde ten huijse van en bekeurt heeft:
- Cornelis Cornelisz omdat hij de voorleden weeck eenich volck op sijn wagen aen de schuijt gebraght hebbende en daarover geen Impost betaald heeft,
- Idem Lubber Pietersz
- Idem Teunis Claesz via zijn oom Timen Pietersz
-
ORA-3171; 12-01-1672: Schepenen renvoijeren Pieter Lubbertsz Baes eijscher CONTRA Lijsbet Goossens weduwe van Lubbert Pietersz Baes gedaegde aen twee onpartijdige reghtsgeleerden
-
ORA-184-3171; 26-04-1672: Lijsbeth Goossens weduwe van Lubbert Pietersz Baes @ voor desen van Cornelis Dircksz te kennen gevende dat haer vader Goossen Reijersz voor haer @ voor haer voorsz overleden mans, borge gebleven was ten behoeve van
verscheijde personen . dat sij als erfgename van deselve haer vader geen portie in sijn Erffenisse sal trecken voor dat al 't gene sij bevonden sal werden schuldich te wesen aen 't gene waer voor sij borge is Aldus gedaen in presentie van de
schout @ alle schepenen uijtgesondert Jan Jansz Oude
-
ORA-184-3231; 22-11-1674: Lijsbet Goossens, laest weduwe van Lubbert Pietersz Baes, verklaarde schuldig te wesen aan Juffr. Anthonia Claes, lest weduwe van Aelt Schuijt een somme van f 366,-
Op 05-01-1725 is de som van f 200 tot lasten van Jacob Lubbertse Baas overgedragen aan de Diaconie van Huijsen; Samuel Samuels
-
ORA-184-3192A198; 30-05-1684; Lijsbet Goossens weduwe en boelhouster van Lubbert Pietersz, verkocht aan Gerrit Jansz d'oude 2 schepel land voor f 12;12;-
-
Huizen-DTB-18-Lidmaten-1698; Aan het Huijser Eijnde; 51: Lijsbet Goossen (overleden 19-09-1704) Weduwe van Lubbert Pietersz Baas,
relatie.
- Moeder:
Lijsbet Goossens , dr. van Goossen Reijersz en N2. Cornelis Metselaer,
geb. in 1625,
Gereformeerde Gemeente,
OAH-214; Zout en Zeep-1680: Koehoudster; v: 1, kb: 6,
ovl. op 19-09-1704 te Huijsen; DTB-18, Lidmaten 1698: Huijser Eijnde,
begr. op 19-09-1704 te Huijsen; DTB-12: 19-09-1704; Impost: Pro Deo,
, -
184-3187A046; 08-05-1657: Goossen Reijersz als vader en voocht van sijne kinderen & Isaacq Willemsz noe uxoris te samen Erfgenamen van Geertgen Jansdr sich sterck maeckende voor Lubbert Pieters als getrout hebbende Lijsbet Goossens mede
Erfgenaem van de voorn. Geertge Jans, ende verclaerden vercocht te hebben aen Ghijsbert Jacobsz de / van seecker huijs waer van de wederhelft de voorn. Ghijsbert Jacobsz selfs is toebehorende
-
ORA-184-3187A140: 23-06-1658; Lubbert Pietersz onse Buijrman als erfgenaem voor 1/4 part van Jacob Pietersz @ in die qualiteijt voor hem selve voorts vervangende en sich sterck maeckende voor Claes Pietersz @ Neeltje Pieters sijn broeder @
suster elck mede voor 1/4 part erfgenaem van deselve Jacob Pietersz mitsgaders Jan Evertsz als voocht van Maritgen Pieters, erfgenaem voor 't resterende 1/4 part van de voorn. Claes Jacob Pietersz @ verclaerde te vercopen aen Lambert Jansz
Speelman seecker huijs gelegen in den dorpe alhier, naest Lambert Lambertsz Cos ten Noorden @ Teunis Jaep Hoofden ten suijden. Voor f 517
-
ORA-3187A313; 28-01-1661: Lubbert Pietersz Vrachtman alhier voor ons comparerende verclaerde vercoght te hebben aen Gleijn Lambertsz onse buijrman een ackertje landt met den hoop sonder maet gelegen boven 't Bierweeghien belendet Feeck Andriesz
aen d'ene & de weduwe van Jacob Willemsz ten suijden ad f 80 (P.M.: waarschijnlijk verkocht als erfgenaam en in naam van wijlen Jacob Pietersz Goijer)
-
ORA-3187A314; 28-01-1661: 314: 28-01-1661; Isaack Willemsz, Lubbert Pietersz, Timen Jacobsz en Hendrick Jacobsz alle q:q: Erfgenamen van Jan Jansz bets/betaald ? den XXe penning van seecker schepenkennisse ten behoeve van voorn: Jan Jansz
gepasseert bij Lambert Lambertsz op den 17-05-1652 & op welcke noch resterende was de somme van 185 gl.
-
ORA-184-3171; 21-07-1665b; Timen Rutte @ Jacob Cornelisz schepenen tot huijsen ter register doen aenteijckenen dat sij op dat voorsz nevens @ ter versoecke van Willem Pietersz paghter van het passage-gelt over Naerden en Goijlandt dat hij sich
vervoeght hadde ten huijse van en bekeurt heeft:
- Cornelis Cornelisz omdat hij de voorleden weeck eenich volck op sijn wagen aen de schuijt gebraght hebbende en daarover geen Impost betaald heeft,
- Idem Lubber Pietersz
- Idem Teunis Claesz via zijn oom Timen Pietersz
-
ORA-3171; 12-01-1672: Schepenen renvoijeren Pieter Lubbertsz Baes eijscher CONTRA Lijsbet Goossens weduwe van Lubbert Pietersz Baes gedaegde aen twee onpartijdige reghtsgeleerden
-
ORA-184-3171; 26-04-1672: Lijsbeth Goossens weduwe van Lubbert Pietersz Baes @ voor desen van Cornelis Dircksz te kennen gevende dat haer vader Goossen Reijersz voor haer @ voor haer voorsz overleden mans, borge gebleven was ten behoeve van
verscheijde personen . dat sij als erfgename van deselve haer vader geen portie in sijn Erffenisse sal trecken voor dat al 't gene sij bevonden sal werden schuldich te wesen aen 't gene waer voor sij borge is Aldus gedaen in presentie van de
schout @ alle schepenen uijtgesondert Jan Jansz Oude
-
ORA-184-3231; 22-11-1674: Lijsbet Goossens, laest weduwe van Lubbert Pietersz Baes, verklaarde schuldig te wesen aan Juffr. Anthonia Claes, lest weduwe van Aelt Schuijt een somme van f 366,-
Op 05-01-1725 is de som van f 200 tot lasten van Jacob Lubbertse Baas overgedragen aan de Diaconie van Huijsen; Samuel Samuels
-
Huizen-DTB-18-Lidmaten-1675; Huijser Eijnde; Liesbet Goosens Wed: van Lubbert Pietersen
-
OAH-214; Zout en Zeep-1680: Koehoudster; v: 1, kb: 6
-
ORA-184-3192A198; 30-05-1684; Lijsbet Goossens weduwe en boelhouster van Lubbert Pietersz, verkocht aan Gerrit Jansz d'oude 2 schepel land voor f 12;12;-
-
Huizen-DTB-18-Lidmaten-1698; Aan het Huijser Eijnde; 51: Lijsbet Goossen (overleden 19-09-1704) Weduwe van Lubbert Pietersz Baas
-
Huijsen;DTB-12, Impost begraven: 19-09-1704; Leijsbeth Gozenz, Impost: Pro Deo
-
Huijsen; DTB-18; Lidmaten 1698: Overleden 19-09-1704 Lijsbet Goossen weduwe van Lubbert Pietersz Baas,
relatie (1)
met Cornelis Dircksz .
tr. (1) op 29-04-1696 te Huijsen; Impost 2x f 3,- = f 6,-
met
Belitje Jacobs Backer, dr. van Jacob Jansz Backer en Lambertien Dircks ( Everts) ,
geb. in 1671 te Huijsen,
Gereformeerde Gemeente,
Belijdenis 08-04-1708,
ovl. op 27-12-1713 te Huijsen; Pro Deo,
, -
ONA-3707A60; 02-09-1679
-
ONA- 3709A2; 28-01-1681: Testament
-
ORA-184-3175; 05-06-1699
-
ORA-184-3215A33; 22-09-1700
-
ORA-184-3216A038;21-03-1715: 3 kinderen.
Uit dit huwelijk:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Lubbert | *1697 | Huijsen | | | | 0 | 0 |
2 | Lambertien | *1699 | Huijsen | | | | 0 | 0 |
3 | Jacob | *1700 | Huijsen | †1746 | Huijsen | 45 | 1 | 6 |
4 | Pieter | *1704 | Huijsen | †1759 | Huijzen | 55 | 1 | 4 |
5 | Lubbert | *1708 | Huijsen | | | | 0 | 0 |
tr. (2) op 26-03-1714 te Huijsen; 184-3216A023; 24-03-1717: Huw.v.w.
met
Machteltien Jacobs Wit, dr. van Jacob Tijmensz Wit en Marretien Cornelis ,
geb. op 13-03-1689 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 13-03-1689 te Huijsen,
Doop Lubbert 12-11-1724: Magteltje Jac. Wit,
ORA-184-3216A023; 24-03-1714,
ovl. op 05-09-1741 te Huijsen,
begr. op 05-09-1741 te Huijsen; DTB-13-Impost: Pro Deo,
, -
ORA-184-3216A023; 24-03-1714: Huwelijckscontract. tusschen Jacob Lubbertsz Baes weduwenaer van Bieltje Jacobs Wit toecomende bruijdegom ter eenre, en Maghteltje Jacobs jongedoghter toecomende bruijd beijde woonaghtigh tot Huijsen ter andere
sijde. Bruijdegom brengt in: 1 huijs, stukken land. De bruijd brengt in: klederen tot haren lijve behorende (P.S. moet zijn Bieltje Jacobs en Maghteltje Jacobs Wit).
Uit dit huwelijk:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Marritje | *1716 | Huijsen | | | | 0 | 0 |
2 | Jacob | *1718 | Huijsen | †1718 | Huijsen | 0 | 0 | 0 |
3 | Jacob | *1720 | Huijsen | †1721 | Huijsen | 0 | 0 | 0 |
4 | Jacob | *1722 | Huijsen | | | | 0 | 0 |
5 | Lubbert | *1724 | Huijsen | | | | 0 | 0 |
6 | Lijsbet | *1727 | Huijsen | †1776 | Huijzen | 48 | 2 | 8 |
>